Oplossingsgericht denken kinderen

Oplossingsgericht denken 

Denken in oplossingen of mogelijkheden in plaats problemen, dat is waar oplossingsgericht denken overgaat. De kracht van de gedachten zijn enorm, ze kunnen je maken en breken. De manier van denken bepaald een groot deel van hoe je in het leven staat. Het bepaalt jouw veerkracht!

Door vaker oplossingsgericht te denken kun je beter met problemen omgaan, omdat je actief gaat nadenken over mogelijk oplossingen en aanpakken. Je denkt aan de gewenste situatie, je haalt oplossingen naar boven die eerder hebben gewerkt, je kijkt naar wat je al hebt bereikt en ga zo op zoek naar passende oplossingen die je nu kunt inzetten.

Deze manier van denken kunnen we trainen bij kinderen en jongeren. Hoe eerder ze deze manier van denken leren, hoe beter dat dit in hun systeem komt. Eenmaal in het systeem zal het zich ontwikkelen tot een positieve levenshouding.

Van een positieve levenshouding krijg jezelf, maar zeker ook je omgeving, energie. Je staat open voor tips en adviezen, je neemt complimenten aan, je geniet meer van de kleine dingen. Denken in oplossingen geeft ruimte, ruimte voor ontwikkeling en creativiteit. Je gaat op zoek naar mogelijkheden, naar kansen. En wie zoekt die vindt…

Ik neem jullie mee in een werkvorm die ik zelf veel gebruik in mijn coachpraktijk. Je kunt deze werkvorm goed inzetten bij jonge kinderen, maar zeker ook bij oudere kinderen, jongeren en volwassenen.

Duimpje (bestel 10 stress duimpjes)

Stap 1: Het probleem in kaart brengen. 

Vraag naar de negatieve gebeurtenis of negatieve gedachte die op dat moment sterk aanwezig is. Probeer hiervan een goed beeld te vormen. Vraag door naar de negatieve gedachten en gevoelens die hierbij naar boven komen.

Vragen die je hierbij kunt stellen:

  1. Wat is er gebeurd?
  2. Wat weet je er nog van?
  3. Waar was het?
  4. Wie was erbij betrokken?
  5. Hoe kwam het tot stand?
  6. Waar pieker je over?
  7. Kun je die piekergedachten verwoorden?
  8. Hoe voelt dat?
  9. Welke gevoelens komen hierbij naar boven?
  10. Wat is lastig?

Om dit visueel te ondersteunen zetten we de ‘duim’ in. De duim staat nu naar beneden.

Stap 2: Het gedrag in beeld brengen.

Vraag door over het gedrag van degene of het gedrag van de anderen. Bespreek wat er al gedaan is en wat voor effect die heeft gehad.

Vragen die je hierbij kunt stellen:

  1. Wat deed je toen?
  2. Wat was het gevolg hiervan?
  3. Wat deed de ander?
  4. Wat was het gevolg hiervan?
  5. Komt het vaker voor?
  6. Wat doe je als je deze gedachten hebt?
  7. Wat helpt er nu wel of niet?
  8. Wat gaat er al goed?

Stap 3: Op zoek naar oplossingen.

Samen ga je oplossingen bedenken. Je gaat ‘out of the box’ denken. Alle mogelijke oplossingen ga je verzamelen, ook oplossingen die misschien niet haalbaar of mogelijk zijn. Schrijf die oplossingen kriskras op een wit vel papier.

Vragen die je hierbij kunt stellen:

  1. Wat kun je doen?
  2. Wat kun je denken?
  3. Wie kan je helpen?
  4. Wat heb je nodig?
  5. Wat is je wens?

Om dit visueel te ondersteunen zetten we weer de ‘duim’ in. De duim staat nu naar rechts of links gericht.

Stap 4: Op zoek naar passende oplossingen.

Samen ga je de verschillende oplossingen bespreken. Welke zijn haalbaar en welke niet? Welke oplossingen passen bij je en welke niet? Je streept de niet bruikbare oplossingen weg en je omcirkelt de oplossingen waar je iets mee kan. Je gaat daarna kritisch naar deze oplossingen kijken en kiest de oplossing die het meeste bij je past. Deze oplossing ga je verder uitwerken. Je kunt daarbij de volgende vragen stellen:

  1. Wat heb je nodig?
  2. Wie heb je nodig?
  3. Hoe ga je het aanpakken?
  4. Wanneer ga je het inzetten?
  5. Hoe vaak ga je het gebruiken?

Stap 5: De oplossing uitvoeren.

Stimuleer de ander om de oplossing uit te gaan voeren. Uitproberen en herhalen zijn hierbij belangrijk. Lukt het niet de eerste keer? Dan opnieuw proberen of blijven oefenen tot het lukt. Doorzetten en volhouden zijn hierbij belangrijk. Je kan het!

Om dit visueel te ondersteunen zetten we weer de ‘duim’ in. De duim staat nu naar boven!

Deze werkvorm stimuleert het oplossingsgericht denken. Met de ‘stressduim’ als visuele ondersteuning wordt steeds aandacht gezet op de verschillende stappen. Kort samengevat:

  1. Duim naar beneden = het gaat niet goed, er is een probleem, ik denk aan een probleem.
  2. Duim opzij = denk aan oplossingen
  3. Duim omhoog = voer de oplossing uit!

 Veel succes!

Duimpjes anti stress

Over de schrijver
Reactie plaatsen

Werkvormenbundel

7 werkvormen in verschillende thema’s.
Gemakkelijk in te zetten in de praktijk!

De verschillende werkvormen hebben ieder één van de volgende thema’s: Zelfbeeld, Omgeving, Gebeurtenis, Gedachten, Gevoelens, Gedrag en Gevolg.
50%
Je bent er bijna!
We mailen je de werkvormenbundel in kleur en zwartwit.
Je gegevens zijn veilig
Gratis downloaden
Werkvormenbundel